VTO VCA
en omstandigheden 7
Specifieke werkzaamheden
< zorg voor goede afzuiging van de lasrook, liefst plaatselijk, zo dicht mogelijk bij de bron van de lasrook. Zorg voor goede ventilatie als afzuiging niet mogelijk is, < draag de juiste PBM’s: een (luchtgeventileerde) laskap, een lasschort, laskleding, handschoenen en veiligheids schoenen, < gebruik lasgordijnen om personen in de omgeving te beschermen tegen UV- en infraroodstraling, < zorg dat (binnen handbereik!) blusmiddelen aanwezig zijn. Autogeen lassen, snijden en branden Bij deze methode wordt materiaal gesmolten door er een zeer hete vlam op te richten. Meestal wordt hierbij een gasmengsel van acetyleen (of propaan) en zuivere zuurstof gebruikt. De aanvullende gevaren bij het uitvoeren van dit werk zijn: < het ongecontroleerd vrijkomen van acetyleen, waardoor er kans ontstaat op brand en explosie (acetyleen is iets lichter dan lucht en stijgt altijd op, in een ruimte kan zich dit ophopen en kan zich een explosief mengsel vormen), < het ongecontroleerd vrijkomen van propaan, waardoor er kans ontstaat op brand en explosie (propaan is zwaarder dan lucht en blijft daardoor als explosief mengsel hangen in putten, uitgravingen en kelders), < het ongecontroleerd vrijkomen van zuurstof, waardoor de kans op brand wordt bevorderd, < vlamterugslag: het terugstromen van het brandbare gasmengsel in de brander. Daardoor slaat de vlam terug achter de brander in de gastoevoerslang 3 .
De volgende veiligheidsmaatregelen zijn nodig:
< er moet voldoende ventilatie zijn. Eventueel moet u voor aanvang van de werkzaamheden een gasmeting uitvoeren,
3 In geval van een terugslag is het uiterst belangrijk het volgende in de juiste volgorde doen: 1. Zuurstofafsluiter open laten, 2. Gasafsluiter dichtdraaien, 3. Brander laten afkoelen alvorens weer aan te steken (evt. brander met geopende zuurstofkraan in emmer water af laten koelen).
71
Made with FlippingBook Learn more on our blog