VTO VCA

Arbeidsmiddelen 6

Instructie

< er moet een gebruiks- en onderhoudsvoorschrift aanwezig zijn in de taal van het land waar de machine wordt gebruikt, < er moet een instructiekaart voor de bediening aanwezig zijn bij de machine.

NB: dit staat los van de verplichte instructie die gebruikers moeten krijgen.

Veiligheidsvoorzieningen

< gevaarlijke zones, zoals bewegende delen, moeten zijn afgeschermd, < een goed zichtbare en bereikbare noodstopvoorziening, waarmee de bediener de machine zo snel mogelijk kan laten stoppen, is verplicht 3 , < elektrisch aangedreven machines moeten een nullast schakelaar 4 hebben (deze eis geldt niet voor aangedreven handgereedschap), < machines moeten een rem hebben, om lang uitlopen te voorkomen (deze eis geldt niet voor aangedreven handgereedschap), < machines mogen niet kunnen starten als de kap van de aandrijving geopend is. Als de kap wordt geopend bij een in werking zijnde machine, moet deze stilvallen, < machines moeten zijn voorzien van stickers met daarop de grootste gevaren en de te gebruiken PBM’s. 1 Formeel geldt het alleen voor machines vanaf 1995, maar in de praktijk zijn dat (vrijwel) alle machines. 2 De geldigheidsduur van de keuring moet worden aangegeven met een sticker of met een kleurcodering. Het doel van de keuringen is de machines gedurende de gehele levensduur veilig te houden (de conditie van de machine moet voldoen aan de geldende normen). 3 Na het gebruik van de noodstop kan de machine alleen opnieuw opstarten met de normale opstartprocedure. 4 Een nullastschakelaar ofwel nulspanningschakelaar zorgt ervoor dat de machine niet automatisch opstart als de spanning is weggevallen en daarna weer terugkomt.

51