VTO VCA

Persoonlijke beschermingsmiddelen 5

Handbescherming Handen en armen moeten beschermd worden tegen:

< scherpe voorwerpen, < hitte of kou, < straling, < gevaarlijke stoffen.

Gebruik alleen hand- en/of armbescherming als dit de juiste zijn, bijvoorbeeld:

< snijbestendige handschoenen voor snijwerkzaamheden, < isolerende handschoenen voor gebruik bij hitte of kou, < rubber of kunststof handschoenen bij werken met chemicaliƫn.

Het gebruik van de verkeerde handschoenen kan soms gevaarlijker zijn dan het gebruik van geen handschoenen. Bijvoorbeeld:

< bij het werken met gevaarlijke stoffen mogen geen leren of stoffen handschoenen worden gedragen, want gevaarlijke stoffen kunnen door leer en stof heendringen en op deze manier in aanraking komen met de huid, < in de buurt van draaiende delen mogen geen hand schoenen worden gedragen, om te voorkomen dat uw hand tussen de draaiende delen terechtkomt.

Voetbescherming In veel gevallen is het verplicht om veiligheids schoeisel te dragen. Afhankelijk van het type beschermt het u bijvoorbeeld tegen vallende voorwerpen, scherpe voorwerpen, kou, vocht, uitglijden of statische elektriciteit.

Voorbeelden < in de bouw zijn een versterkte neus en een versterkte zool verplicht. Deze beschermen de tenen tegen vallende voorwerpen en de voetzool bij het trappen in scherpe voorwerpen,

45

Made with FlippingBook Learn more on our blog