VTO VCA

Brand en explosie 10

Begrip Vlampunt (ontvlammingstemperatuur)

Toelichting De laagste temperatuur waarbij een vloeistof zoveel ontvlambare damp ontwikkelt dat deze onder normale luchtomstandigheden in de aanwezige lucht ontstoken kan worden. De laagste temperatuur waarbij een stof spontaan ontbrandt zonder enig hulpmiddel (ontstekingsbron: vlam of vonk), gemeten onder normale luchtomstandigheden.

Zelfontbrandingstemperatuur

Invloed van brand op de omgeving Bij een brand ontstaat er rook die vol roetdeeltjes en andere schadelijke stoffen zit. Deze kunnen acute en/of langdurige klachten veroorzaken. De acute risico’s hangen vooral af van de hoeveelheid zwevende deeltjes zoals roet en ander fijnstof en de hoeveelheid irriterende en verstikkende stoffen.

Een brand heeft meerdere gevolgen voor de omgeving.

Rook Bij een brand ontstaat er rook die uit verbrandingsgassen en fijnstof bestaat. Rook:

< is lichter dan lucht en stijgt op, < kan giftig of schadelijk zijn, < zorgt voor een beperkte zichtbaarheid.

Hitte Bij een brand warmen objecten (en producten) in de omgeving op. Hierdoor kunnen ze de zelf ontbrandingstemperatuur bereiken en spontaan ontvlammen.

Door stralingswarmte warmen gasflessen en reservoirs in de omgeving zodanig op dat ze kunnen scheuren en ontploffen.

Bovendien is een brand moeilijk te benaderen door de hitte. Dit bemoeilijkt het blussen.

109